Ze komt bij me, omdat ze veel last heeft van haar Innerlijke Criticus. Niets is ooit goed genoeg. Zij zelf zeker niet. De lat ligt altijd (te) hoog. “Wist ik maar waar het vandaan kwam….dan zou het misschien beter worden”.
Dat is natuurlijk maar de vraag. Verandert je gedrag als je precies weet waar het vandaan komt? Soms wel, niet altijd. Ik kies er bij haar voor om niet te veel aandacht te geven aan waar het vandaan zou kunnen komen. Ze heeft zich namelijk heel goed voorbereid en kan precies aangeven wat ze vroeger tekort kwam of waar ze tegenaan liep. Er is dus al enig inzicht. Dat heeft echter nog niet voor ander gedrag gezorgd. Ik merk dat we snel te veel praten. En daarmee in het hoofd en in het beredeneren blijven hangen. Ik wil naar het lijf, naar het ervaren. Ik geloof dat daar een belangrijke sleutel zit.
Dat blijkt nog niet zo makkelijk. Ze heeft de neiging alles weg te redeneren. Een paar keer is ze geraakt als we zaken bespreken en komen de tranen. Ik vraag hoe het voelt, maar de tranen komen volgens haar door de hormonen. Het is de leeftijd…. Dus zelfs daar de juiste erkenning aan geven is lastig.
De innerlijke criticus is waarschijnlijk al lang bij haar. Iedereen ontwikkelt in de loop van de jaren overlevingsstrategieën om zich staande te houden. Bij de één zijn ze harder nodig dan bij de ander. De innerlijke criticus, de pleaser, de stoere, de helper, de redder, de moeder, de rebelse, wie herkent zich hier niet in? Dit zijn nog maar een paar van de strategieën die we in ons hebben om met situaties om te gaan. We hebben allemaal onze eigen patronen. Een strategie werkt totdat die niet meer werkt. Zo simpel is het. Tot de strategie ons meer kost dan oplevert. En dat is vaak het moment dat er wrijving ontstaat en je het anders wil.
Bij de oefening die ik in gedachten heb nemen we zowel het oude als het nieuwe, het gewenste patroon, onder de loep. We maken eerst een opsomming van de voor- en nadelen van de Innerlijke Criticus. Een hele lijst van voordelen komen tevoorschijn. En dat is terecht. Het oude patroon is vaak al lang bij ons en niet zonder reden. We ontwikkelden het zo sterk, omdat het ons veel bracht. Veiligheid, voorspelbaarheid, goedkeuring, ergens bij horen. De lijst met nadelen is echter zo mogelijk nog langer. Het kost uiteindelijk veel, heel veel, en vooral jezelf. Haarzelf in dit geval. Haar eigenheid en eigen kracht zijn langzaam verdwenen.
En daarom wil ze het anders doen. Ook van het nieuwe patroon, de Doener met Lef, maken we een lijst van voor- en nadelen. En waar bij het oude patroon de tranen kwamen, komt er nu een grote glimlach. Als me dat toch eens zou lukken, zucht ze.
De oefening stopt hier niet, nu komt het belangrijkste onderdeel. We gaan het nieuwe pad lopen. Door daadwerkelijk de eerste stappen op weg naar het nieuwe patroon te zetten, kunnen we het verankeren en kan het gevoeld en ervaren worden. Voordat ze op pad gaat, roept ze “maar ik wil niet alles opgeven” en dat is ook niet de bedoeling. We kijken nog een keer om. Wat wil je meenemen? Het had veel voordelen. Het bracht veel, dat oude patroon. Je bent er absoluut heel goed in. Niet alles hoeft anders. En zoals bij veel anderen, zie ik ook nu dat dat besef rust geeft.
Ze loopt weer door. Hoe dichter we bij het nieuwe komen, hoe enthousiaster ze wordt. Ze heeft er zin in. Met het goede van het oude patroon, is ze op weg naar het nieuwe. Op weg naar een andere Ik. Een Ik die weer mee doet en meetelt. En dat voelt nu al beter.